De pups van de Eenhoornleijn

In dit digitale dagboek vindt u de beschrijvingen van hoe de pups van de Eenhoornleijn opgroeien tot ze naar hun nieuwe bazen gaan. Voor uitgebreide fotoseries van het jonge spul kunt u op de website kijken. Veel plezier!

31 januari 2005

moederschap (Isa's en Eva's pups)

Eva is een totaal andere moeder dan haar dochter Isabel. Eva is een moderne meid. Bevallen doe je even tussendoor, vindt ze. Als ze een mensenmoeder was, had ze een carrière, een buggy en skeelers, een baan, een mobieltje vooral, want Eva is erg graag op de hoogte van alles. Ze zou op haar skeelers door het Vondelpark scheuren, met buggy en mobieltje en al. Wat zou ze voor beroep hebben gehad, journaliste? Bij een eetmagazine dan waarschijnlijk, want eten doet Eva ook erg graag. Tja.
Isabel vindt haar moeder duidelijk een beetje een flodder. Had ze er een gehad, Isabel zou acuut haar baan hebben opgezegd. Isabel doet de dingen namelijk allemaal met 200%. Voor haar geen buggy of mobieltje, welnee! Het Moederschap is een serieuse zaak.
Er zit maar 5 dagen leeftijdsverschil tussen de kinderen van Eva en die van haar dochter Isabel en de pups staan dan ook met slechts twee meter ertussen naast elkaar in hun werpkist in de woonkamer. Eva ligt er -uiteraard- naast. Eva is een aanhangster van Dr. Spock, vermoed ik. Ze laat haar kinderen rustig een kwartiertje piepen met de vermoedelijke gedachte dat ze daar sterke longen van krijgen. Isabel zit -uiteraard- ín de kist, op de enige plek waar een moeder kan zijn, bij haar kinderen dus. Ze voedt haar achtling zittend en kijkt onderwijl hoofdschuddend naar de overkant, waar de pups van haar moeder (haar broers en zussen feitelijk) piepen dat het een lieve lust is. Eva ligt languit en doet af en toe een oog open, maar blijkbaar is het nog niet ernstig genoeg allemaal, want ze blijft lekker liggen.
Isabel kan hier geen begrip voor opbrengen, maar ze kan ook niets doen, want haar kinderen slapen nog niet allemaal en ze kan dus niet weg. Als dat eindelijk wel het geval is stapt ze heel voorzichtig uit de kist en gaat kijken bij Eva's kinderen. Ze tuurt bezorgd naar de schreeuwende pups en dat is dan eindelijk de reden voor Eva om overeind te komen en ze zelf te gaan voeden. Je vraagt je af of Isabel doorheeft dat Eva telkens haar kinderen gaat verzorgen nadat zij er bezorgde blikken op heeft geworpen. Als Eva niet telkens tussenbeide kwam zou Isabel zelf de kist instappen om ze eens lekker te verzorgen en te voeden, maar dat gaat zelfs Eva te ver. Je zou haast denken dat Isabel dat door heeft. Maar nee, een dergelijke motivatie kan een hond niet hebben, en toch... Isabel is inmiddels weer heel voorzichtig bij haar kinderen gaan liggen. Bij háár worden ze niet wakker als moeder komt of gaat. En zij is toch zelf opgevoed door diezelfde flodder die nu een doorn in haar oog lijkt te zijn. Zou Isabel soms een jeugdtrauma hebben? Dat ze dacht: Als ik later kinderen heb, dan doe ik het ánders...! Het zou toch kunnen? Wie weet wat een hond denkt, diep van binnen. Isabel is inmiddels een tukje gaan doen. Bij haar kinderen uiteraard. Eva is ook klaar met voeden en gaat ook weer even slapen. Nee, niet in de kist natuurlijk, maar ernaast. Ach, kinderen, lijkt ze te denken, ik maak me niet druk.
Nou ja, met Isabel is het tenslotte ook helemaal goed gekomen.

30 januari 2005

pups! (Eva's pups)

De pups van Eva zijn nu drie weken oud en hun karakters beginnen zich aardig te ontwikkelen. In dit digitale dagboek doe ik vanaf vandaag regelmatig verslag van hun ontwikkelingen.

De pups hebben voorlopige namen, die gedeeltelijk aan hun uiterlijk zijn ontleend maar ook voor een deel aan hun karaktertje refereren. Neem nou Kees.

Sinds eergisteren krijgen de dames en heren vast voedsel. Om ze daar langzaam aan te laten wennen beginnen we met miniplukjes tartaar. Op dag 1 krijgen ze dat eenmaal daags. Gaat dat goed en krijgen ze geen darmkrampen en andere ongemakken, dan krijgen ze het op dag 2 weer. Vandaag, op dag 3, krijgen ze 2 x daags.
Pups zijn niet dom; zodra ik bij de kist ga zitten ruiken ze het vlees en verdringen ze zich schreeuwend en piepend bij de rand: ETEN!! Als ze vorken en messen hadden zouden ze ermee op de rand van de kist trommelen. Dat wil zeggen: 8 van de 9 zouden dat doen. Niet Kees. Of zeg maar Prins Kees. Prins Kees zit achterin de kist, zijn voorvoetjes nuffig naast elkaar en hij kijkt, voor zover hij dat kan, nuffig naar zijn broer en zusjes. Als je je realiseert hoe weinig hij nog maar kan zien is het des te verbluffender hoe hautain hij kan kijken naar het gekrioel van zijn broer en zusjes. Eén ding spreekt duidelijk uit die nog wat bijziende blik: hij verlaagt zich NIET tot dergelijk gedrag. Ik begin plukjes tartaar in de schreeuwende bekjes te stoppen, maar Prins Kees blijft zitten waar hij zit; hij wil blijkbaar bediend worden! Ik leun dus met gevaar voor de algehele balans over de kist en reik een plukje tartaar naar Kees. Die kijkt me uit de hoogte aan en hapt het dan vinnig van mijn vingers. Hij snapt prima hoe dat moet, niks geen gesabbel: happen moet je! Het is maar goed dat hij nog nauwelijks tandjes heeft. Ik voer de andere pups weer maar Kees blijft zitten waar ie zit: als je eens bediend bent kan het vast nog wel een keer!
Dat wordt me te gek: ik vis hem op en plant hem voorin de kist, tussen het plebs dat zijn broer en zusjes zijn. Hij blijft beledigd zitten en verzet geen pootje, maar hij kijkt wel knorrig om zich heen. Gelukkig krijgt hij nog wat tartaar en word ik vergeven. Als alle pups genoeg hebben gehad wandelt Kees zo nonchalant als zijn onvaste pootjes toelaten weer terug naar achterin de kist waar hij zich, ver van het gekrakeel van zijn nestgenootjes, tevreden te slapen legt. Straks, als ze weer rustig zijn, zal ie er wel weer bij gaan liggen, maar nu nog even niet. Niet zolang ze zich zo gedragen. Die Kees. Een echt prinsje in de dop.